direct naar inhoud van Artikel 7 Wonen
Plan: Recreatieve Zone De Heihorsten
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0847.BP02010023-OW01

Artikel 7 Wonen

7.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. woningen;
  • b. aan huis verbonden beroepen;
  • c. parkeren, waarbij wordt voldaan aan de parkeernorm van minimaal 2 parkeerplaatsen op eigen terrein;
  • d. infiltratie;
  • e. waterhuishoudkundige voorzieningen;
  • f. waterpartijen;
  • g. erven en tuinen;
  • h. landschappelijke waarden.
7.2 Bouwregels
7.2.1 Algemeen

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

  • a. er mag uitsluitend worden gebouwd ten behoeve van de in de bestemmingsomschrijving aangegeven doeleinden;
  • b. per bestemmingsvlak is één woning toegestaan, voor zover niet door middel van de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden' anders is weergegeven;
  • c. de afstand tot de bestemmingsgrens mag niet minder dan 5m zijn;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'wonen uitgesloten' is de bouw van gebouwen ten behoeve van woonfuncties niet toegestaan.

bij herbouw mag de woning uitsluitend gesitueerd worden ter plaatse van de bestaande fundering en als er sprake is van uitbreiding daar direct op aansluitend.

7.2.2 Hoofdgebouw

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

  • a. de inhoud van een woning mag niet meer bedragen dan 750 m3, de inhoud van kelders wordt niet meegeteld;
  • b. hoofdgebouwen op percelen zonder bouwvlak dienen minimaal 15 m uit de as van de weg te worden gesitueerd;
  • c. indien een bouwvlak aanwezig is, dient het hoofdgebouw binnen het bouwvlak te worden gebouwd;
  • d. voor bestaande woonboerderijen, ook als de inhoud groter is dan 750 m3, geldt de totale inhoud op het moment van de datum van ter visie legging van het van het pand als maximaal toegestane inhoud;
  • e. bij vervangende nieuwbouw geldt dat de woning tot maximaal de bestaande inhoud mag worden teruggebouwd;
  • f. de maximaal toegestane goothoogte is 6 m, tenzij de verbeelding een andere hoogte aangeeft;
  • g. de maximale toegestane bouwhoogte is 10 m, tenzij de verbeelding een andere hoogte aangeeft.
7.2.3 Bijgebouwen

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

  • a. de gezamenlijke oppervlakte van bijgebouwen per woning is maximaal 100 m2;
  • b. de maximaal toegestane hoogte is 5,5 m.
  • c. de maximaal toegestane goothoogte is 3 m.
  • d. de afstand tot de bestemmingsgrens is 5 m.
7.2.4 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

  • a. per woning mag één carport worden gebouwd met de volgende maatvoering:
    • 1. oppervlakte niet meer dan 20 m2;
    • 2. hoogte niet meer dan 3 m;
    • 3. de afstand tot de bestemmingsgrens is minimaal 5 m;
  • b. de maximaal toegestane hoogte van bouwwerken geen gebouwen zijnde uitgezonderd terreinafscheidingen is 3 m;
  • c. de hoogte van erfafscheidingen voor de voorgevelrooilijn mag maximaal 1 m zijn en voor het overige maximaal 2 m.
7.3 Afwijken van de bouwregels
7.3.1 Afwijken van de bouwregels voor gewijzigde situering bij vervangende nieuwbouw

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het plan voor het toestaan van herbouw van de woning op een andere locatie binnen het bestemmingsvlak dan in 7.2.2 b en c is aangegeven. Hierbij gelden de volgende specifieke randvoorwaarden:

  • a. de gewijzigde situering leidt tot een planologische verbetering;
  • b. de gewijzigde situering mag niet leiden tot beperking van andere functies inde omgeving.
7.3.2 Paardenbakken

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het plan voor het realiseren van een paardenbak. Hierbij gelden de volgende specifiek randvoorwaarden:

  • a. de afstand tot de woningen van derden bedraagt tenminste 30 m.
  • b. de oppervlakte is maximaal 800 m2.
  • c. er mogen uitsluitend bouwwerken geen gebouwen zijnde, worden gebouw, zoals een omheining en lichtmasten. Voor lichtmasten geldt een maximale hoogte van 6 m voor andere bouwwerken is dit 2 m.
7.4 Specifieke gebruiksregels
7.4.1 Strijdig gebruik

Onder met de bestemming strijdig gebruik wordt in ieder geval verstaan:

  • a. het gebruiken van bijgebouwen voor bewoning;
  • b. het gebruiken van gronden en gebouwen voor bedrijfsactiviteiten anders dan aan huis verbonden beroepen behalve binnen de bestemmingsvlakken met de aanduiding 'Specifieke vorm van wonen - Wonen plus'.
7.5 Afwijken van de gebruiksregels
7.5.1 Minicamping

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het plan voor het toestaan van een minicamping. Hierbij gelden de volgende specifieke randvoorwaarden:

  • a. het betreft uitsluitend recreatief medegebruik voor kleinschalig kamperen op gronden die direct aansluiten op een bestemmingsvlak waar kleinschalig kamperen al is toegestaan dan wel in het kader van de onderhavige omgevingsvergunning wordt toegestaan;
  • b. er zijn in totaal maximaal 25 kampeermiddelen toegestaan, waarvan op maximaal 5 kampeerplaatsen stacaravans zijn toegestaan;
  • c. er mag geen sprake zijn van een onevenredige aantasting van andere belangen waaronder de van omwonenden en (agrarische ) bedrijven;
  • d. voor de ondersteunende voorzieningen, zoals op sanitair gebied is maximaal 100 m2 bebouwing toegestaan. Hiervoor dient zo veel mogelijk gebruik te worden gemaakt van de bestaande bebouwing;
  • e. de afstand tot de weg dient 20 m te zijn;
  • f. de afstand tot de perceelsgrens dient 5 m te zijn;
  • g. er moet zorg worden gedragen voor een goede landschappelijke inpassing conform de uitgangspunten van het beeldkwaliteitsplan.
7.5.2 Bed and breakfast

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het plan voor het verstrekken van bed and breakfast in bestaande bebouwing. Hierbij gelden de volgende specifieke randvoorwaarden:

  • a. het maximum aantal slaapplaatsen is tien;
  • b. er dienen voldoende parkeerplaatsen op eigen terrein te zijn;
  • c. er mag geen sprake zijn van een onevenredige aantasting van andere belangen waaronder die van omwonenden en (agrarische) bedrijven.
7.5.3 Routegebonden horeca

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het plan voor het als ondergeschikte functie vanuit de bestaande bebouwing verstrekken van dranken en/of spijzen voor gebruik ter plaatse. Hierbij gelden de volgende specifieke randvoorwaarden:

  • a. er mag geen sprake zijn van een onevenredig aantasting van andere belangen waaronder die van omwonenden en (agrarische) bedrijven;
  • b. de oppervlakte van het terras is maximaal 75 m2;
  • c. er dienen voldoende parkeerplaatsen op eigen terrein te zijn.
7.5.4 Verhuur van fietsen/rijtuigen

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het plan voor het als ondergeschikte functie verhuren van fietsen, rijtuigen e.d. vanuit de bestaande bebouwing. Hierbij gelden de volgende specifieke randvoorwaarden:

  • a. er mag geen sprake zijn van een onevenredige aantasting van andere belangen waaronder die van omwonenden en (agrarische)bedrijven;
  • b. er dienen voldoende parkeerplaatsen te zijn;
  • c. er moet zorg worden gedragen voor een goede landschappelijke inpassing conform de uitgangspunten van het beeldkwaliteitsplan. Hiertoe moet een erfinrichtingsplan worden overgelegd.
7.6 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
7.6.1 Verboden uitvoering van ander werk

Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van bevoegd gezag op de in artikel 7.1 bedoelde gronden volgend ander werk uit te voeren:

  • a. het ontgronden, vergraven, afgraven, egaliseren, diepploegen, woelen en mengen en ophogen van gronden, wanneer dit een hoogte c.q. diepte van meer dan 30 cm betreft;
  • b. het aanleggen, verbreden en verharden van paden, banen en andere oppervlakteverhardingen;
  • c. het aanleggen, verdiepen, verbreden en dempen van sloten, watergangen en overige waterpartijen;
  • d. het aanleggen van ondergrondse of bovengrondse transport-, energie- en/of communicatieleidingen en daarmee verband houdende constructies, installaties en apparatuur;
  • e. het aanbrengen of verwijderen van diepwortelende beplantingen, het bebossen en aanplanten van gronden en het rooien en/of kappen van bos of andere houtgewassen;
  • f. het scheuren van grasland;
  • g. ander werk dat een verandering van de waterhuishouding of het grondwaterpeil tot gevolg heeft, zoals drainage en (onder)bemaling;
  • h. het aanleggen van voorzieningen ten behoeve van het recreatief medegebruik.
7.6.2 Weigeringsgronden

Ander werk als bedoeld in 7.6.1 is slechts toelaatbaar indien:

ter plaatse van de aanduiding 'archeologie' het bevoegd gezag op basis van archeologisch onderzoek heeft vastgesteld dat ter plaatse van deze aanduiding geen archeologische waarden aanwezig zijn die moeten worden beschermd dan wel het bevoegd gezag een besluit heeft genomen over het veiligstellen van de aangetroffen archeologische waarden en uit de aanvraag blijkt dat met dit besluit aantoonbaar rekening is gehouden.

7.6.3 Uitzondering

Het verbod als bedoeld in lid 7.6.1 is niet van toepassing op ander werk dat:

  • a. het normale onderhoud, gebruik en beheer ten dienste van de bestemming betreft;
  • b. reeds legaal in uitvoering is op het tijdstip van het van kracht worden van het plan;
  • c. reeds mag worden uitgevoerd krachtens een reeds verleende vergunning.
7.7 Wijzigingsbevoegdheid
7.7.1 Wijzigingsbevoegdheid voor 'Wonen plus'

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd binnen de bestemming 'Wonen' de gebruiksmogelijkheden te wijzigen door toevoeging van de functieaanduiding 'specifieke vorm van wonen - wonen plus' ten behoeve van de vestiging van een kleinschalig bedrijf in de milieucategorieën 1 of 2. Hierbij moet voldaan worden aan de volgende voorwaarden.

  • a. de bedrijfsactiviteit moet plaatsvinden binnen de maximaal toegestane oppervlakte bebouwing;
  • b. er vindt geen onevenredig aantasting plaats van andere belangen waaronder die van omwonenden en (agrarische) bedrijven;
  • c. parkeren, laden en lossen dienen op eigen terrein te geschieden;
  • d. reclameaanduidingen dienen beperkt te blijven tot een bescheiden naamsaanduiding;
  • e. buitenopslag is niet toegestaan;
  • f. er moet zorg worden gedragen voor een goede landschappelijke inpassing conform de uitgangspunten van het beeldkwaliteitsplan.
7.7.2 Wijzigingsbevoegdheid voor boerderijsplitsing

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd deze bestemming te wijzigen voor het splitsen van een woonboerderij in maximaal twee aaneen gebouwde woningen .Hierbij gelden de volgende specifieke randvoorwaarden:

  • a. splitsing is alleen mogelijk als de woonboerderij een inhoud heeft van tenminste 900 m3;
  • b. beide woningen dienen na splitsing elk een inhoud te hebben van tenminste 350 m3;
  • c. per woning is één vrijstaand bijgebouw toegestaan van maximaal 100 m2;
  • d. eventueel aanwezige overtollige (voormalige bedrijfs) bebouwing dient te worden gesloopt tenzij de bebouwing cultuurhistorische, landschappelijke en /of architectonische waarde bezit;
  • e. er moet zorg worden gedragen voor een goede landschappelijke inpassing conform de uitgangspunten van het beeldwaliteitsplan. Hiertoe moet een inrichtingsplan worden overgelegd.