Plan: | Recreatieve Zone De Heihorsten |
---|---|
Status: | ontwerp |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0847.BP02010023-OW01 |
De Structuurvisie Ruimtelijke Ordening geeft een kader voor de ruimtelijke ontwikkelingen in Noord-Brabant. De huidige structuren worden hierin beschreven en tevens wordt een doorkijk gemaakt naar de gewenste situatie op de (middel)lange termijn. Bij de beschrijving van de huidige structuren wordt een onderscheid gemaakt tussen groenblauwe structuur, landelijk gebied, stedelijk gebied en infrastructuur. De Heihorsten is gelegen in de groenblauwe structuur. Hier ligt de nadruk op natuurbehoud en natuurontwikkeling. Hierbinnen wordt een onderscheid gemaakt tussen het kerngebied groenblauw en de groenblauwe mantel. De Recreatieve Zone is vrijwel geheel gelegen in de groenblauwe mantel. Een deel van de recreatieve poort ligt in het kerngebied groenblauw.
De groenblauwe mantel heeft als hoofddoel om de kerngebieden groenblauw, de gebieden met de hoogste natuurwaarden en de hoogste bescherming te beschermen. Deze gebieden vormen een mantel om het kerngebied. In de groenblauwe mantel is behoud en vooral de ontwikkeling van natuur, water (-beheer) een belangrijke opgave. Vormen van grondgebonden agrarisch grondgebruik zijn van blijvend belang voor de ontwikkeling van groene en blauwe waarden. Binnen het gebied liggen kansen voor recreatie en toerisme.
Binnen de groenblauwe mantel is de agrarische sector een grote en belangrijke grondgebruiker. Het is nodig deze positie te behouden en/of een ontwikkeling in grondgebonden agrarisch gebruik te bevorderen. Er zijn ook diverse recreatieve en toeristische bedrijven binnen de groenblauwe mantel aanwezig. De recreatieve waarde en de belevingswaarde van het landschap laten toenemen is een belangrijke opgave. Ontwikkelingen zijn hier wel mogelijk, zolang deze maar bijdragen aan het ontwikkelingsperspectief van de groenblauwe mantel. Stedelijke functies zijn hier uitgesloten en ook bezoekersintensieve functies passen niet op deze locatie. Echter ontwikkelingen die ruimte bieden aan versterking van de groenblauwe mantel zijn overweegbaar.
Geconcludeerd kan worden dat de plannen aansluiten bij de doelen zoals gesteld in de Structuurvisie Ruimtelijke Ordening.
De Verordening Ruimte stelt regels voor de uitwerking van het provinciaal beleid in bestemmingsplannen. Een deel van het plangebied is aangewezen als verwevingsgebied en een deel is aangewezen als extensiveringsgebied. Het gehele gebied is tevens aangewezen als groenblauwe mantel. De ligging in het extensiveringsgebied houdt in dat wordt ingezet op het verminderen van het aantal intensieve veehouderijen. Ligging in verwevingsgebied houdt in dat in dit gebied agrarische functies naast andere functies kunnen bestaan. Het omvormen van intensieve veehouderijen naar andersoortige functies wordt hier gestimuleerd. Wanneer er ruimte ontstaat voor een andersoortige functie, moet dit wel gebeuren met aandacht voor natuur en landschap.
In de Verordening Ruimte is aan gemeenten de ruimte geboden om zelf invulling te geven aan het ontwikkelingsperspectief voor de agrarische gebieden. Dit heeft de gemeente Someren voor de Heihorsten reeds gedaan middels de in paragraaf 2.5 'Gemeentelijk beleid' genoemde documenten waarin de visie op De Heihorsten nader is uitgewerkt.
Het gebied De Heihorsten is gelegen in de groenblauwe mantel. Het beleid in de groenblauwe mantel is gericht op behoud en ontwikkeling van natuurwaarden in en buiten natuurgebieden. Daarnaast is de ontwikkeling van een natuurlijk en robuust watersysteem van belang. Dit kan door ontwikkelingsmogelijkheden voor functies te bieden die daaraan bijdragen.
In geval van ruimtelijke ontwikkelingen buiten het bestaand stedelijk gebied en buiten de ecologische hoofdstructuur, dient de ruimtelijke kwaliteit gewaarborgd te worden door middel van kwaliteitsverbetering van het landschap door de initiatiefnemer. Passende functies kunnen zich pas dan ontwikkelen als er een prestatie voor het landschap tegenover staat. Hierdoor wordt de basiskwaliteit van een gebied minimaal gelijk gehouden en indien mogelijk verbeterd. De Verordening is kritisch ten aanzien van nieuwe bedrijvigheid. Voor grondgebonden agrarische bedrijven dient een zorgvuldige afweging te worden gemaakt. Voor niet-grondgebonden bedrijvigheid geldt dat dit slechts onder voorwaarden mogelijk is.
De ontwikkeling van De Heihorsten betekent weliswaar dat er in de zone langs de Provincialeweg 'rood' wordt toegevoegd, maar daar staat ook natuurontwikkeling, een afname van eutrofiëren als gevolg van het verdwijnen van agrarische bedrijven, een toenemende waterkwaliteit en landschapsbouw tegenover. Er wordt geïnvesteerd in het creëren van een samenhangend landschap, waarbij tevens rekening wordt gehouden met een verbetering van de hydrologische situatie en de ecologische situatie. Dit leidt tot een betere beleefbaarheid van de natuurwaarden en draagt bij aan een betere bescherming van de Strabrechtse Heide, doordat de recreatieve druk op de Strabrechtse Heide, dankzij de nieuwe ontwikkelingen afneemt.
Figuur 2.1: Uitsnede Kaart Verordening Ruimte (grijsblauw is groenblauwe mantel).
Voor wat betreft bedrijvigheid wordt gesteld dat bedrijven groter dan 5000 m2 wat betreft aard en omvang niet passen in het buitengebied. Dit is dan ook de maximumgrens voor uitbreiding van bedrijven in het buitengebied. Bij nieuwvestiging moet sprake zijn van een VAB (Vrijkomend Agrarisch Bedrijfsgebouw). Het buitengebied kent slechts beperkte ontwikkelingsmogelijkheden. Deze mogelijkheden zijn gekoppeld aan bestaande functies of aan vrijkomende functies. Voor agrarische bedrijven die stoppen, is de VAB-regeling in het leven geroepen. Deze regeling biedt de mogelijkheid om nieuwe initiatieven te ontwikkelen gekoppeld aan het vrijkomen van agrarische bebouwing. Hierbij mag maximaal 1,5 ha van bestemming wijzigen.
Uitbreiding van bedrijven zijnde zowel voormalige als geen voormalig agrarische bedrijven is mogelijk tot de maat van 5000 m2. Deze bedrijven moeten vallen onder milieucategorie 1 of 2. In principe zijn bedrijven groter dan 5000 m2 en bedrijven in milieucategorie 3 of hoger uitgesloten. De ontwikkeling van grootschalige voorzieningen is uitgesloten. Onder voorwaarden is dit toegestaan, maar dan is de motiveringsplicht substantieel zwaarder.
Onder grootschalige voorziening wordt bedoeld een voorziening waarbij blijkens een economisch effectenonderzoek het te verwachten aantal bezoekers en overnachtingen samen genomen ten minste 100.000 per jaar is. Wel kunnen dergelijke bedrijven een redelijke uitbreidingsmogelijkheid krijgen. Wat redelijk is hangt af van de aard van de uitbreiding en vereist maatwerk. Indien deze ontwikkeling plaatsvindt in de groenblauwe mantel dient de ontwikkeling gepaard te gaan met een positieve bijdrage aan de bescherming en ontwikkeling van de onderkende ecologische en landschappelijke waarden en kenmerken.De ontwikkeling van verblijfsrecreatie binnen de Recreatieve Zone kan worden beschouwd als grootschalig.
Een toename van recreatiewoningen is toegestaan buiten het stedelijk gebied, indien het de uitbreiding van een complex van recreatiewoningen betreft en indien het een VAB betreft. Er is een maximum grootte van het complex aan recreatiewoningen bepaald op basis van het verwachte aantal bezoekers en overnachtingen per jaar. In de groenblauwe mantel is een bovengrens aan de grootte van het bestemmingsvlak gesteld van 1,5 hectare.
Wanneer er sprake is van meer dan 100.000 overnachtingen per jaar is er sprake van een grootschalig complex van recreatiewoningen. De ontwikkeling hiervan is gekoppeld aan een ontheffing. Deze ontheffing dient te worden aangevraagd bij Gedeputeerde Staten.
Voor dagrecreatieve voorzieningen in de groenblauwe mantel gelden ruimere regels dan voor bedrijvigheid in algemene zin. Zolang de bij de aangewezen bestemming behorende gebruiksactiviteit van gebouwen geen grotere omvang heeft dan 1,5 hectare, is dagrecreatie in het buitengebied toegestaan.
Horeca in het buitengebied is onder voorwaarden toegestaan. In een agrarisch gebied kan via de VAB-regeling vestiging van een horecabedrijf of een maatschappelijke voorziening plaatsvinden tot een bestemmingsvlak van 1,5 hectare en mits dit niet leidt tot een grootschalige voorziening. Het tweede lid geeft aan welke aanvullende verantwoording vereist is. Tevens is uitbreiding van bestaande voorzieningen mogelijk tot een oppervlak van 5000 m2.
Indien een activiteit niet past binnen de Verordening Ruimte kan een verzoek worden gedaan tot aanpassing van de Verordening Ruimte. Dit verzoek moet, voorzien van een goede motivatie, worden gericht aan de Provinciale Staten.
In de Verordening Ruimte is weergegeven dat een onderdeel van de opgave in het buitengebied het investeren in ruimtelijke kwaliteit is. Dit kan door aan te tonen dat de realisering van de beoogde ruimtelijke ontwikkeling gepaard gaat met een aantoonbare en uitvoerbare fysieke verbetering van de aanwezige of potentiële kwaliteiten van bodem, water, natuur, landschap of cultuurhistorie of van de extensieve recreatieve mogelijkheden van het gebied waarop de ontwikkeling haar werking heeft of van het gebied waarvan de gemeente de voorgenomen ontwikkeling in de hoofdlijnen heeft beschreven.
Op deze locatie wordt een verbetering van de ruimtelijke kwaliteit bewerkstelligd door het saneren van twee intensieve veehouderijen en de verplaatsing van een derde, het verminderen van de toeristische druk op de Strabrechtste Heide en de nieuwe natuurlijke inkleding van De Heihorsten als geheel. De toeristische druk op de Strabrechtse Heide wordt verminderd door alternatieven voor recreatie te bieden in de nabijheid van de Strabrechtse Heide, hierdoor zullen meer mensen aan de rand van de Strabrechtse Heide gaan recreëren en minder mensen in de Strabrechtse Heide zelf.
De Gebiedsvisie voor De Heihorsten is opgesteld in 2006. Sindsdien zijn enkele deellocaties verder gedetailleerd en nader uitgewerkt. Echter, gedurende de doorlooptijd van de realisatie van De Heihorsten als geheel, zijn reeds enkele beleidswijzigingen doorgevoerd. Deze wijzigingen mogen de uitvoerbaarheid van de ideeën niet in de weg staan. Om die reden wordt bij de uitvoering van De Heihorsten steeds samen met de provincie gekeken naar de beoogde doelen en hoe deze bereikt kunnen worden. Hiervoor zijn ook voor de realisatie van de Recreatieve Zone enkele (voor)besprekingen geweest met de provincie.
Het belangrijkste uitgangspunt van de reconstructie, op basis waarvan de plannen geïnitieerd zijn, wat nu ook naar voren komt in de provinciale Verordening Ruimte, is dat op zorgvuldige wijze invulling moet worden gegeven aan het buitengebied. Extensivering van de intensieve veehouderij is het uitgangspunt voor dit gebied. Dit betekent wel dat, om dit te bewerkstelligen, ruimte moet worden gecreëerd voor andersoortige economische activiteiten. Dit komt ook naar voren uit de wens een gemengde plattelandseconomie te realiseren. Tevens is een zorgvuldige omgang met de natuur wenselijk. In de verschillende initiatieven binnen De Heihorsten is hier invulling aan gegeven. Het ene initiatief kent een wat meer natuurlijke invulling en het andere initiatief is meer gericht op het verruimen van de plattelandseconomie. De provincie benadrukt dat De Heihorsten als geheel moet worden gezien, waarbij initiatieven worden getoetst aan de Gebiedsvisie (Projectlocatiegebied Recreatie De Heihorsten Gebiedsvisie, januari 2006).
De ontwikkelingen in het plangebied passen binnen het gestelde beleidskader. Er wordt met zorg omgegaan met de in het gebied aanwezige waarden, waaronder ecologische waarden, archeologische waarden en hydrologische waarden. Ten opzichte van de huidige situatie zal worden ingezet op een verbetering en/of een versterking van de aanwezige waarden.