direct naar inhoud van Artikel 3 Groen
Plan: Recreatieve Zone De Heihorsten
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0847.BP02010023-VS01

Artikel 3 Groen

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. landschappelijke waarden;
  • b. landschapsontwikkeling;
  • c. natuur;
  • d. een klimpark ter plaatse van de aanduiding 'speelvoorziening' tot een maximum van 13 meter;
  • e. een schaapskooi ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - schaapskooi';

met daaraan ondergeschikt:

  • f. collectieve voorzieningen ten behoeve van de bestemming zoals afvalcontainers, picknickbanken, lichtmasten, nutsvoorzieningen, route-informatieborden etc.
  • g. voorzieningen voor onderhoud en opslag;
  • h. parkeren, ten behoeve van recreatieve voorzieningen, waarbij wordt voldaan aan de parkeernormen als genoemd in Bijlage 1.
  • i. parkeerplaatsen ter plaatse van de aanduiding 'parkeerterrein';
  • j. parkontsluiting en ontsluiting ten behoeve van nabijgelegen woningen en voorzieningen ter plaatse van de aanduiding 'ontsluiting'
  • k. verkeers- en groenvoorzieningen en terreinen;
  • l. infiltratie;
  • m. waterhuishoudkundige doeleinden, waterberging en waterlopen;
  • n. extensief recreatief medegebruik;
  • o. aan de hoofdfunctie ondergeschikte wegen en paden.
3.2 Bouwregels
3.2.1 Algemeen

In of op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming uitsluitend worden gebouwd, onder de voorwaarde dat stedenbouwkundig en architectonisch uitwerking wordt gegeven aan het bij dit bestemmingsplan behorende beeldkwaltiteitsplan:

  • a. gebouwen ten behoeven van een schaapskooi;
  • b. gebouwen ten behoeve van opslag en onderhoud;
  • c. collectieve voorzieningen;
  • d. bouwwerken geen gebouwen zijnde, zoals straatmeubilair, speelvoorzieningen in de vorm van een klimpark en picknickbanken.
3.2.2 Schaapskooi

Voor het bouwen van het bepaalen onder 3.2.1 sub a gelden de volgende regels:

  • a. de schaapskooi dient gebouwd te worden ter plaatse van de aanduiding 'speciefieke vorm van recreatie - schaapskooi';
  • b. de goothoogte bedraagt maximaal 4 meter;
  • c. de bouwhoogte bedraagt maximaal 6 meter;
  • d. de maximale oppervlakte van het gebouw bedraagt maximaal 200 m2.
3.2.3 Opslag en onderhoud

Voor het bouwen van het bepaalde onder 3.2.1 sub b gelden de volgende regels:

  • a. de goothoogte bedraagt maximaal 4 meter;
  • b. de bouwhoogte bedraagt maximaal 6 meter;
  • c. de oppervlakte per bouwwerk bedraagt maximaal 15 m²
  • d. de totale oppervlakte bedraagt maximaal 50 m².
3.2.4 Collectieve voorzieningen

Voor het bouwen van het bepaalde onder 3.2.1 sub c gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte bedraagt maximaal 4 m;
  • b. de oppervlakte per gebouw bedraagt maximaal 15 m2;
  • c. het aantal gebouwen bedraagt maximaal 2 per bestemmingsvlak.
3.2.5 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van het bepaalde onder 3.2.1 sub d gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte bedraagt maximaal:
    • 1. van lichtmasten 5 meter;
    • 2. van terreinafscheidingen 2 meter;
    • 3. van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde 5 meter.
3.3 Specifieke gebruiksregels

De volgende werken en / of werkzaamheden worden in ieder geval aangemerkt als met de bestemming strijdig gebruik en zijn dus verboden: het aanleggen van mest- of waterbassins van folie.

3.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
3.4.1 Verboden uitvoering van ander werk

Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van bevoegd gezag op de in artikel 3.1 bedoelde gronden ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone - attentiegebied EHS' de volgende ander werken uit te voeren:

  • a. het ontgronden, vergraven, afgraven, egaliseren, diepploegen, woelen en mengen en ophogen van gronden dieper dan 30 cm;
  • b. het aanleggen, verbreden en verharden van paden, banen en andere oppervlakte verhardingen;
  • c. het aanleggen, verdiepen, verbreden en dempen van sloten, watergangen en overige waterpartijen;
  • d. het aanleggen van ondergrondse of bovengrondse transport-, energie- en/of communicatieleidingen en daarmee verband houdende constructies, installaties en apparatuur;
  • e. het aanbrengen of verwijderen van diepwortelende beplantingen, het bebossen en aanplanten van gronden en het rooien en/of kappen van bos of andere houtgewassen;
  • f. het scheuren van grasland;
  • g. ander werk dat een verandering van de waterhuishouding of het grondwaterpeil tot gevolg heeft, zoals drainage en (onder)bemaling.
3.4.2 Weigeringsgrond

Ander werk als bedoeld in 3.4.1 is slechts toelaatbaar voor zover het natuur- en

landschapsbelang hierdoor niet onevenredig wordt geschaad en ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone - attentiegebied EHS' het bevoegd gezag op basis van onderzoek heeft

vastgesteld dat ter plaatse van deze aanduiding geen waarden aanwezig zijn

die moeten worden beschermd dan wel het bevoegd gezag een besluit heeft genomen over het veiligstellen van de aangetroffen waarden en uit de aanvraag blijkt dat met dit

besluit aantoonbaar rekening is gehouden.

3.4.3 Uitzondering

Het verbod als bedoeld in lid 3.4.1 is niet van toepassing op ander werk dat:

  • a. eerste aanleg van nieuw bos voor zover dit bos niet is gelegen ter plaatse van de

dubbelbestemming 'Waarde-archeologie';

  • b. het normale onderhoud, gebruik en beheer ten dienste van de bestemming betreft;
  • c. reeds in uitvoering is op het tijdstip van het van kracht worden van het plan;
  • d. reeds mag worden uitgevoerd krachtens een reeds verleende vergunning.